Erasmus en Spinoza zijn filosofen die in ons land lang werden gehaat, om vervolgens te worden vereerd. Denkers die in weinig opzichten met elkaar te vergelijken zijn, maar toch beiden symbolen werden van vrijheid en tolerantie. Erasmus hield tijdgenoten een morele spiegel voor in zijn 'Lof der Zotheid' (1511). Spinoza beschreef in zijn 'Ethica' (1677) een uitdagende morele filosofie. In 'Spelen met waarden, betalen met gedachten' onderzoekt Ronald van Raak hoe het denken van Erasmus en Spinoza tot (...) stand kwam en welke waarden eraan ten grondslag lagen. Hij beschrijft hoe hun denkbeelden door de tijd heen werden gebruikt en wat hun filosofie kan betekenen in het huidige debat over de vraag wat ons nog met elkaar verbindt."--Publisher information. (shrink)

Het succes waarmee wij ons in een democratische rechtsstaat hebben kunnen bevrijden van autoritaire stelsels en dogmatisme zal tegen ons werken wanneer we zelf geen verantwoorde invulling geven aan levenswijze en levenszin. We slaan gemakkelijk door in egoïsme, onverschilligheid, overproductie en vervreemding. De teleurstelling is groot over onze omgang met Moeder Aarde, de multiculturele problematiek, toenemende sociale ongelijkheid door zelfverrijking en de afbraak van de zorgcultuur. De oorzaken van psychisch lijden komen veelal voort uit het schenden van waarden. Wij (...) doen dit anderen aan of anderen ons. Leegte, doelloosheid en eenzaamheid zijn het gevolg. Avontuur, winstbejag, drugs, succes en sensatie moeten ons tevergeefs uit het slop halen. Vernieuwing is gewenst. Kennis over goed leven is cognitief makkelijker te verspreiden en te toetsen dan eigen attituden te onderzoeken en zo nodig gedrag zelf te wijzigen. Van toename aan zelfkennis en bewustwording van ons onvermogen is meer te verwachten. Aandacht voor psychologische en morele ontwikkeling verheldert het ontstaan van voortreffelijke persoonseigenschappen in het proces van bildung. In dit sociaalfilosofisch werk over levenskunst (ars vitae) veel aandacht voor klassieke wijsheden, een betere verhouding tussen het cognitieve en het emotieve, psychologische experimenten, modern geluksonderzoek en een breed scala aan intrapsychische en psychosociale vaardigheden die het welzijn en de weerbaarheid tegen misstanden vergroten."--Page 4 of cover. (shrink)

Met de romantiek deden nieuwe morele en politieke waarden hun intrede in Europa, waarbij de heroïsche mens werd geïntroduceerd, met als prototypes Napoleon en Beethoven. Tot op heden zijn de oude op rationele basis geschoeide denkwerelden, die de mens en het leven als een collectivum zien, in strijd met de uit de romantiek voortgekomen vertakkingen van het geloof in de mens als individu. Een hegeliaanse synthese van beide thesen is nog niet gevonden.

Name der Zeitschrift: Zeitschrift für kritische Sozialtheorie und Philosophie Jahrgang: 3 Heft: 1 Seiten: 51-66.

This paper deals with the aetiological aspect of the Epicurean conception of passions. It is argued that the therapy of the soul relies on an overall explanation of the various emotional states, and that fear is at the core of this framework in so far as it is the root of most psychic troubles. The first part deals with fear in the context of the general theory of passions. The second part shows that this basic emotion is the root of (...) injustice and political excessive ambition, in Lucretius’De rerum natura. The third part puts the emphasis on the role of anxiety in passionate love, in the same text. Fear, in its various forms, appears to be the main cause of a number of pathological emotions. It may be concluded that the Epicurean therapy of emotions, far from dealing with separate passions from case to case, is based on a holistic approach of psychic states. (shrink)

Para Aristóteles, a memória não consiste somente em conservar os traços do passado e tomá-los novamente por objetos. O tratado Da memória e da reminiscência examina mais geralmente o papel das imagens no exercício do pensamento. Ele descreve o processo de reminiscência ou rememoração, e trata assim da organização voluntária das representações mentais como de seus encaminhamentos involuntários e patológicos. Correlativamente, ele explica em que sentido o homem pode ser agente de suas próprias representações e o princípio de suas associações. (...) Aristóteles aborda, por conseguinte, a propósito da memória, questões fundamentais para a definição dos estados psíquicos, para a teoria do conhecimento, bem como para a concepção do eu ou da identidade pessoal. A análise da memória e da reminiscência conduz assim a uma reavaliação da concepção aristotélica do caráter, fazendo deste último o substrato e o agente de uma história pessoal que não pode ser abstraída de suas condições psicofísicas. (shrink)

Sidonius Apollinaris’ Epist. 3.12 tells how one day, while leaving Lyons, he caught a couple of gravediggers about to violate his grandfather Apollinaris’ grave, which had become unrecognizable over time. He instructs the addressee, his nephew Secundus, to restore the tomb mound and provide it with a stone for which he attaches the text. Whereas this letter is usually interpreted as a piece of self-promotion by the author for his filial piety and expert storytelling, this article suggests that there is (...) a significant subtext to be found in Lucan's Pharsalia which makes the letter first and foremost a rehabilitation of Apollinaris while strongly suggesting that the latter was executed. There follow some rather more tentative thoughts trying to grasp the precise critical moment in time for this rehabilitation. It is argued that this could be Sidonius’ departure for Clermont, in 469/470 to take on the episcopate, after his term as City Prefect of Rome and a stay in Lyons with Bishop Patiens. The letter is aimed at bolstering family cohesion in the conflict of interests between Auvergne and Provence and at securing Sidonius’ position as incumbent bishop. (shrink)

Georg Agricola’s De Re Metallica (1556) is an impressive work about mining arts and sciences, still used as a reference work to understand the mining world of his time and to analyze the relationships between scholars and practitioners. This essay begins by studying how Agricola presents the underground surveying, also known as geometria subterranea. How does the author’s mathematics relate to contemporary geometry or to actual surveying practices? Second, the essay contrasts his scholarly approach with sixteenth-century administrative and technical documents, (...) as well as mining sermons. Comparing the practical geometry contained in the De Re Metallica with different kinds of sources helps to question the relationships between the arts and natural and exact sciences in the practical settings of early modern Europe. Finally, it argues for a distinction between the inquiry on the historical progress of mathematics in civil life and philosophical questions about the rise of new sciences. (shrink)

L'examen de la céramique à vernis noir d'époque hellénistique trouvée à Délos fait apparaître la présence de productions importées d'Italie. Il s'agit de campaniennes A, Β et C du IIe et du Ier s. av. J.-C, au nombre de quelque 150 fragments qui se répartissent pour l'essentiel entre les deux premières catégories. Après en avoir dressé un catalogue, on examine les implications historiques de cette présence, apparemment unique dans la moitié orientale de la Méditerranée, sous l'angle des modalités de la (...) diffusion (il ne s'agit sans doute pas d'un véritable commerce, mais de chargements d'accompagnement), de la chronologie (ces apports commencent dès avant le milieu du IIe s.), de l'usage (les vases à boire sont absents, probablement remplacés par d'autres catégories de vaisselle), des origines géographiques de cette céramique (Étrurie, confins du Latium et de la Campanie, golfe de Naples). Ce sont là autant d'indices qui peuvent contribuer à éclairer la présence italienne à Délos. (shrink)

Dans le traité De la divination dans le sommeil, Aristote entend réfuter la thèse d’une origine divine des rêves qui semblent annoncer les événements futurs. Pour cela, il ne se contente pas de soutenir une thèse différente. Il dénonce également la faiblesse épistémologique de la pratique divinatoire, en proposant un modèle scientifique alternatif : une méthode de classification des rêves et de division par épuisement, qui exclut les rêves inspirés. Cette méthode conduit à souligner le caractère irréductible des faits de (...) hasard et à admettre le caractère inexplicable d’un grand nombre de rêves « véridiques ». La notion de coïncidence ( sumptôma ) joue sur ce point un rôle essentiel. Ce rôle est à la fois descriptif et critique : il permet de définir la classe des rêves dont la dimension véridique est absolument fortuite, et il dénonce l’illusion commune qui les relie à des événements réels. De ce point de vue, le chapitre 1 du De divinatione apporte une contribution, modeste mais spécifique, à la théorie des modalités physiques. (shrink)

In this study, we use a conversation analysis framework to understand the systematic organization of interactions in Periscope live video streams, and its crucial features: the talking heads orientation for the video stream, in common with video-mediated communication; the expectation that the streamer should attend to all messages as much as possible; the ‘loose’ organization of viewers’ responses to streamers’ turn-at-talk, as in multi-party chats. We also identify a distinctive design for streamers’ responses to messages, the ‘read-aloud and respond’ practice. (...) These distinctive features are oriented to the highly asymmetrical communicative affordances of Periscope streams. Without precluding other forms of Periscope-based activities, this systematic organization of talk and messages, coupled with the affordances of the application, favors a basic mode of topic initiation resting on a typical and minimal adjacent pair: viewer’s noticing/streamers’ reading and responding. We argue that the particular salience of this organization of topic initiation may account for the emergence of the dominant kind of use for Periscope streams, that is, the online public exposure of youth to strangers in order to elicit some conversation. (shrink)

El interés de los críticos e investigadores en la obra de Felisberto Hernández se ha incrementado desde su inserción en el campo cultural a través de las valoraciones de Italo Calvino y de Julio Cortázar. No obstante, la intersección entre la literatura y la música en la obra de Felisberto Hernández no ha sido suficientemente atendido a pesar de la evidente amalgama entre ambos campos. Esta investigación intenta saldar ese adeudo mediante un análisis interdisciplinario que permita decodificar la presencia de (...) la música en la obra de Felisberto Hernández y su contribución a la narrativa de este autor. El conocimiento musical y la experiencia como intérprete de Felisberto Hernández se traducen en su obra no solo a través del empleo de un imaginario musical, sino también a partir de la presencia de estructuras propias del discurso musical entre las cuales sobresale la organización del relato a partir de macroformas y de microformas, del uso de la dinámica – tanto por planos sonoros como por reguladores –, de la agógica y de los silencios como ejes del discurso narrativo. (shrink)

On s’efforce ici de montrer que l’empirisme épicurien est, non seulement fondé sur les sensations, mais aussi sur des notions. Parce qu’il construit un projet scientifique cohérent, l’épicurisme antique entend se présenter comme un empirisme rationnel, fondé sur un usage méthodique des notions, sous la condition d’un accord constant avec l’expérience. Il conviendra donc de prendre en compte le double objectif de l’épistémologie d’Épicure et de ses successeurs : donner un fondement solide aux hypothèses scientifiques ; parvenir à une méthode (...) du jugement capable d’offrir une vision du monde qui contribue à la poursuite du bonheur. (shrink)

La direction générale des finances publiques a mis en place un dispositif interne de médiation pour aider les équipes de travail à résoudre des situations de conflits relationnels. Conçu comme un outil managérial, dans le respect de la déontologie de la médiation, il permet d'apaiser les tensions par une action plurielle et collective au sein de l'institution.

1. Genèse d'une œuvre.--2. Analyse de la maladie.--3. Création et métamorphose.

La référence à la nature, qu'elle soit normative ou descriptive, croise les thèmes essentiels de l'éthique d'Aristote : la fin ultime, l'acquisition des vertus, le plaisir et les émotions, les liens relationnels, la justice et la vie en cité, la responsabilité. L'éthique aristotélicienne n'est pas pour autant "naturaliste" au sens où le bien humain dériverait de tendances et de prédispositions naturelles. Cet ouvrage, en procédant à une étude systématique de la référence à la nature dans l'éthique aristotélicienne, défend une nouvelle (...) interprétation du naturalisme pratique d'Aristote : un naturalisme critique, le plus souvent dialectique, qui s'interroge sur les conditions de base du bien humain ; non pas un naturalisme scientifique, en vertu duquel la biologie serait source de prescriptions morales, mais un naturalisme problématique qui délimite des possibilités d'agir. L'une des tâches primordiales du théoricien de l'éthique, comme celle du politique actif, est précisément d'évaluer dans quelle mesure le bien humain dépend de la nature ou s'en affranchit."--Page 4 of cover. (shrink)

The decline of Naturphilosophie deeply polarized the philosophical and scientific debate. Naturalistic–materialistic positions gained powerful influence, but the latent role of the Kantian critical position also re-emerged in the context of an “ideal-realism”. I will first consider in detail two opposing treatments of Kant’s perspective. After Lotze had criticized his earlier materialistic position, advising him to read Kant, Czolbe finally addressed Kant, thereby progressing to a non-materialistic form of naturalism. However, whether to defend or to dismiss naturalism, neither philosopher addresses (...) Kant as a transcendentalist thinker, and I go on to examine this common feature in their writings. This invites us to reconsider what exactly in Kant’s system conflicts with naturalism. Is transcendentalism too broad a requisite for that task? Within “ideal-realism”, the realist part actually implies a denial of transcendental idealism; still, it shows how a realism which refuses to be naturalism could well learn from Kant. (shrink)

En Libertad. Un panfleto civil, Carlos Pereda reconstruye una disyuntiva central en relación con las posibles interpretaciones del valor sobredeterminado de la libertad: o la libertad se entiende como autenticidad o se asume como autonomía. El modelo más simple de la primera alternativa postula una estructura jerárquica de deseos y habitualmente se lo vincula con la obra temprana de Harry Frankfurt. En el análisis que sigue, trataré de mostrar que la introducción de la noción de amor en la perspectiva frankfurtiana (...) permite considerarla una versión que supera la disyuntiva entre autonomía y autenticidad al avanzar por un tercer camino: la idea de libertad como autorrealización, es decir, como la puesta en práctica de la capacidad de amar que permite a las personas bosquejar y perseguir ciertos fines últimos. (shrink)

Résumé L'association pour l'étude du fait religieux a tenu en juin 1975, à l'université de Genève, son premier colloque. Thème général: société, religion et spiritualité. Objectif: d'une part, essayer de distinguer les aspects social et spirituel de la religion et, de l'autre, promouvoir une discussion interdisciplinaire entre spécialistes d'approches différentes. Ce numéro 76/4 de DIALECTICA contient le texte des exposés qui ont introduit le colloque.Summary The Association for the study of the religious fact held its first symposium in June 1975 (...) at the University of Geneva. The general theme was society, religion and spirituality. The aims were on the one hand, to distinguish between the social and spiritual aspects of religion and, on the other, to encourage an interdisciplinary discussion between specialists with different points of view. The present number 76/4 of DIALECTICA contains the text of the expositions which were presented at the beginning of the symposium.Zusammenfassung Die Gesellschaft zur Erforschung des Religiösen führte im Juni 1975 an der Universität Genf ihr erstes Kolloquium durch. Das allgemeine Thema lautete: Gesellschaft, Religion und Spiritualität. Die Zielsetzung bestand darin, einerseits den gesellschaftlichen und geistlichen Aspekt der Religion zu unterscheiden suchen und andererseits eine interdisziplinare Diskussion zwischen Spezialisten verschiedener Fachgebiete zu fördern. Die vorliegende Ausgabe 76/4 von DIALECTICA enthält den Wortlaut der Einfiihrüngsreferate dieses Kolloquiums. (shrink)

From an analysis of the famous principle ‘‘Nature does nothing in vain’’ in Aristotle’s Locomotion of animals, this paper addresses the question of the meaning and boundaries of finalism in zoology, as well as the related idea of conformity with nature. It is argued that, although ‘‘Nature does nothing in vain’’ seems to allude, at first glance, to cosmic or global teleology, the treatise On the Locomotion of Animals gives a different meaning to the formula : the teleological account, in (...) this context, depends on a local and relative finalism, which is defined in accordance with the specific and generic properties of animals, and not by reference to any alleged cosmic axiology or global causal chain. However, this principle should not be reduced to organic teleology strictly speaking, in so far as it involves also external and necessary conditions, which are common rules governing the locomotion of animals. (shrink)

In the last lines of Politics VII, 3, Aristotle states that the happy city acts nobly. This implies that the city has a practical life, and that this life has its end in itself. This claim seems to contradict the famous distinction, which has been made elsewhere by Aristotle, between the practical and theoretical lives. It is argued in this paper that there is, here, neither contradiction nor inconsistency in Aristotle’s conception of human action. Some readings, according to which this (...) passage deals with the role of the philosophers in the happy city, are also ruled out. The proposed solution consists in showing that this text refers to a broader conception of action, one that is beyond the sphere of human practical activities: any genuine praxis has its goal in itself, even when it produces external effects. (shrink)

Several recent philosophical projects, notably Bruno Latour's empirical meta-physics, Tristan Garcia's formal ontology, Graham Harman's object-oriented philosophy, and Markus Gabriel's new realism, have insisted there is a need for an “egalitarian” or “flat” ontology that would grant an equal ontological status to entities of every kind, whether actual, abstract, material, or fictional. This article groups all of these projects under the heading of “ontological liberalism” and argues that they are inherently problematic, as they sacrifice conceptual coherence and explanatory usefulness in (...) the name of indefinite inclusion. Focusing on Gabriel's recent books Why the World Does Not Exist and Fields of Sense, and with continual reference to Peter Wolfendale's work on the topic, this essay offers a broad but detailed critique of ontological liberalism, with an eye to alternatives emerging from the discipline of anthropology. (shrink)

In order for online communities to assemble and grow, some basic infrastructure is necessary that makes possible the aggregation of the collective action. There is a very intimate and complex relationship between the technological infrastructure and the social character of the community which uses it. Today, most infrastructure is provided by corporations and the contrast between community and corporate dynamics is becoming increasingly pronounced. But rather than address the issues, the corporations are actively obfuscating it. Wikiwashing refers to a strategy (...) of corporate infrastructure providers where practices associated to their role of profit seeking corporations that would be seen as unethical by the communities they enable are concealed by promoting a misleading image of themselves associated with the general values of wikis and Wikipedia . The empirical analysis is based on case studies and triangulation of several methods. (shrink)